De bijna dagelijkse interesses die mij bezighouden in woord en beeld...
en nog veel meer .....
Met een speciaal ontwikkeld AI-programma kan Google verkeerslichten op het juiste moment van kleur laten verschieten, waardoor auto's in steden beter kunnen doorrijden. De eerste resultaten zijn positief: 30 procent minder stoppende auto’s en 10 procent minder uitlaatgassen bij kruispunten.
Met Google Maps heeft het tech-bedrijf een gigantische bron aan data over verkeerstromingen. Het kan met deze data precies zien waar verkeersaders lijken dicht te slippen. In steden gebeurt dit voornamelijk op drukke kruispunten. Deze informatie koppelt Google nu terug aan een aantal gemeenten waarbij het suggesties doet om de timing van stoplichten te optimaliseren voor een betere doorstroom van auto’s.
Project Green Light
Project Green Light is de toepasselijke naam van dit AI-programma. Op dit moment voert Google testen uit op zeventig kruispunten verspreid over twaalf verschillende steden waaronder Hamburg, Seattle, Manchester, Boedapest en Jakarta. Het bedrijf claimt dat het installeren van het AI-programma in bestaande stadssystemen een kwestie van minuten is.
Data en modellen
De grote troef die Google in handen heeft, waar steden die missen, is natuurlijk data. Dankzij de vele telefoons met Android als besturingssysteem verkrijgt Google vrij zuivere data over beweegpatronen. Tel daar bij op alle ingebouwde navigatiesystemen die ook op Android draaien en je hebt een gigantische bron aan systemen die voortdurend hun locatie delen.
Het onderzoeksteam van Google beschikt vervolgens over de expertise om met al deze data complexe modellen te maken die verkeersbewegingen voorspellen. Zo kan het systeem duizenden kruispunten tegelijk analyseren en meerdere punten met elkaar synchroniseren zodat auto’s kunnen blijven rijden.
Minder stoppen, minder uitstoot
En dat is positief voor reistijd, brandstofverbruik en emissies. Op de website van het project is te lezen dat de eerste cijfers wijzen ‘op een potentiële vermindering van 30 procent van het aantal keer dat een auto moet stoppen en een uitstoot-vermindering van 10 procent bij kruispunten’.
Samenwerken met steden
"Green Light identificeerde mogelijkheden waar we voorheen geen zicht op hadden en stuurde ingenieurs naar plekken waar voordelen te behalen waren als signaaltijden veranderden”, zegt David Atkin, transportingenieur voor Transport for Greater Manchester. “Dit leverde waardevolle inzichten op voor onze stad met 2.400 verkeerslichten. Zowel de teams van Green Light als Transport for Greater Manchester brachten expertise en ideeën op tafel om het reizen te verbeteren en de uitstoot te verminderen."
https://www.canva.com/design/DAGQ6rYkQCw/TgabuUTNx_ZC7KlkPxGQPw/view
Gisteren [25-09-2023] was een dure dag voor iedereen met een dynamisch energiecontract. Tenminste, als je geen thuisbatterij hebt en gisteravond veel stroom wilde gebruiken. Tussen zeven en acht uur ’s avonds was de stroomprijs 380 euro per megawattuur. Waar komen zulke uitschieters vandaan?
Afgelopen zondag werd op de European Power Exchange (EPEX) bekend dat we maandagavond (25 september) een hoge stroomprijs konden verwachten: 380 euro per megawattuur tussen 7 en 8 uur ’s avonds. De EPEX is de stroombeurs waar stroomproducenten dagelijks hun energieoverschotten of tekorten op verhandelen. Hier worden dagelijks de stroomprijzen voor de volgende dag bepaald.
Schommelingen
Door de groei van hernieuwbare energie, wordt het aanbod van energie steeds grilliger. Is er veel zon en wind, dan is het aanbod van stroom groot. Is er weinig zon en wind, dan is het aanbod klein en moeten er energiecentrales draaien om het tekort aan stroom te compenseren. Dit alles heeft invloed op de elektriciteitsprijs die zo ook steeds grilliger wordt.
Energiecentrales uit in het weekend
“In het weekend is er veel minder vraag naar stroom dan door de week”, legt Jean-Paul Harreman uit. Hij is directeur van energie-dataleverancier EnAppSys en al twintig jaar werkzaam op de Europese stroommarkt. “Energiecentrales (op aardgas, red.) schakelen daarom vóór het weekend vaak uit. Meestal gaan ze op maandag weer aan, maar als er wind of zon is, kan het tot vier uur ’s middags duren, voordat er serieus wordt opgestart.”
Hoge opstartkosten
“Op de day-aheadmarkt worden de stroomprijzen een dag van tevoren al vastgelegd. Op basis daarvan wordt besloten de centrales aan te zetten of niet. Omdat er bij het opstarten van een energiecentrale extra gas wordt verbrand, zijn de kosten van een opstart hoog. Die moeten wel terugverdiend worden”, vertelt Harreman. “Is er in de loop van de dag toch meer stroom nodig, dan starten de centrales alsnog op. Alleen, moet de centrale zijn opstartkosten dan binnen een beperkt aantal uur terugverdienen. Als je pas om zes uur in de avond start, heb je nog maar zes uur om je startkosten terug te verdienen.”
Gisteren was een voorbeeld van een dag die zonnig begon, maar waar later op de dag steeds minder zonne-energie werd opgewekt. Ook de wind liet ons land in de steek. Doordat op zo’n dag de centrales dus pas later gaan draaien, schiet de prijs omhoog.
Regionale verschillen
Wat gisteren ook opvallend was, is dat de energieprijzen in Scandinavië zeer laag tot zelfs negatief waren en in Nederland en Duitsland heel hoog. Harreman weet wel hoe dat komt. “In Scandinavië regent het nu. Daar wordt veel elektriciteit opgewekt met waterkracht en dus is het stroomaanbod daar nu hoog. Ook is het hier in Nederland vandaag windstil, weinig windenergie dus. In Engeland waait het vandaag en is het aanbod stroom uit wind dus veel hoger.” En hoe zit het dan met import en export? Kunnen wij hier gebruikmaken van stroom uit Scandinavië? “Dat kan, maar de kabels van Scandinavië naar Nederland en Duitsland hebben maar een beperkte capaciteit. Wat er door kan, gaat erdoor. De rest moeten we ergens anders vandaan halen.”
Typische patronen
Harreman ziet naast de prijspiek op maandag meer patronen in de stroomprijzen. “De zondagochtend bijvoorbeeld. Op zondagochtend is er weinig vraag naar stroom. Als het dan heel zonnig is of veel waait, kan de elektriciteitsprijs ver onder de nul duiken.” Een voorbeeld hiervan zagen we op zondag 2 juli. “En de vrijdagavonden. Meestal is de prijs op die avond wat lager. Maar op vrijdag kunnen er ook heel gekke dingen gebeuren. De energiecentrales schakelen namelijk vóór het weekend af. Als er dan veel minder wind en zon is dan verwacht, ontstaat er een tekort, waar niemand nog iets aan kan doen. Dat leidt dan weer tot hoge prijzen.”
De EPEX-prijzen worden een dag van tevoren om twaalf uur 's middags bepaald door een transparante biedladder. Als er veel energieaanbod wordt verwacht ten opzichte van de vraag, dan zal de prijs per megawattuur voor dat uur laag zijn. Wordt er een grote vraag verwacht en minder aanbod, dan zal de prijs per megawattuur op dat uur hoog zijn. Zo ontstaat er dagelijks een overzicht voor de volgende dag met voor 24 uren een eigen marktprijs.
door Herman Michiel
Voor de iets oudere Vlaamse lezer zal de naam Paul Goossens niet onbekend zijn, en herinneringen oproepen aan de roerige sixties in Vlaanderen, meer bepaald de studentenrevolte in Leuven. Goossens was een van de studentenleiders van een beweging bekend als ‘Leuven Vlaams’, die ontstond rond de eis voor het afstoten van de Franstalige vleugel van de Katholieke Universiteit Leuven ‘omdat Leuven een Vlaamse stad is en Franstaligen er niet thuishoren’. Maar niettegenstaande deze flamingantische, kleinburgerlijke oorsprong van de beweging met soms xenofobe ondertoon, ontwikkelde zich een linkervleugel die het had over sociale strijd, en ‘franskiljons buiten’ verving door ‘boerzwas buiten’.
De auteur
Goossens behoorde tot deze linkervleugel, en trok er op met radicale figuren als Ludo Martens, Kris Merckx en anderen die later AMADA (’Alle Macht Aan De Arbeiders’) zouden oprichten, de voorloper van de huidige radicaal-linkse partij PVDA-PTB. Goossens is hen op die weg niet gevolgd, maar de nu 80-jarige heeft zijn linkse sociaal-kritische gedachten nooit opgegeven. Geen opportunisme dus zoals bij die andere gewezen studentenleiders als Joschka Fischer of Daniel Cohn-Bendit. Ook geen carrière in kabinetten van sociaaldemocratische of groene ministers, maar na zijn afstuderen als licentiaat (en later doctor) in de economie begon hij een loopbaan als journalist (Vrijdag, De Morgen, De Standaard) en vanaf de jaren negentig Europa-correspondent voor het persagentschap Belga.
Het is dus deze Goossens die zopas bij uitgeverij epo een flinke turf uitbracht (550 bladzijden, plus literatuuropgave en register), waarvan de titel alleen al laat vermoeden dat het geen zoveelste verzameling platitudes is over het ‘wonder’ dat Europese Unie heet. De ongelijkheidsmachine, Een verborgen Europese geschiedenis zindert van sociale verontwaardiging, en men kan vermoeden dat Goossens na al die jaren van onvermijdelijke redactionele discipline eindelijk opgelucht kon schrijven wat hij er echt van denkt.
Dit klinkt allemaal veelbelovend, en het is verheugend dat er ook in Vlaanderen nog dissonante stemmen opgaan die de grote rechtse consensus doorbreken. Toch vrees ik dat Goossens er maar zeer gedeeltelijk in slaagde zijn verontwaardiging om te zetten in een tekst die verhelderend is, mensen aan het denken, en sommigen zelfs in beweging zet. In wat volgt probeer ik die kritiek te verduidelijken.
Ongelijkheid als invalshoek
Het hele boek is eigenlijk gebouwd rond de idee dat de menselijke geschiedenis de geschiedenis is van de ongelijkheid. Goossens stelt zelf dat hij zeer onder de indruk was van het werk van de Nederlandse politicoloog/historicus Siep Stuurman, die in zijn De uitvinding van de mensheid schrijft dat ‘ongelijkheid de ruwe grondstof is van de geschiedenis’. Nu is ongelijkheid weliswaar een kenmerk van de meeste maatschappijen van de laatste vijf of acht millennia, maar het is geen sociale kracht. Men moet geen marxist zijn om in te zien dat de ruwe grondstof van de geschiedenis bestaat uit sociale krachten, en eenmaal de maatschappij opgedeeld is in kasten, klassen, economische elites en geëxploiteerde arbeidskrachten is het resultaat inderdaad ongelijkheid.
Een tweede twijfelachtig uitgangspunt, eveneens ontleend aan Stuurman, is dat het verzet tegen ongelijkheid een kwestie is van de vooruitgang van het gelijkheidsidee “waarvan alleen al het ontstaan verbaast” (p. 10). Deel 1 van het boek – het telt er drie – wordt omschreven als “de barre tocht van het gelijkheidsidee door de Europese geschiedenis.” Moeilijk om hierbij niet te denken aan een hegeliaanse geschiedenisopvatting als de ontwikkeling van de ideeënwereld. Ronduit fout is de bewering (p.54-55) dat ongelijkheid een evidentie was in de prehistorie, en dat er in de Oudheid, bijvoorbeeld bij Homerus, “de eerste barsten ontstonden in dit vergrendelde denken”. Weinig antropologen zullen ontkennen dat de primitieve klassenloze samenlevingen van de prehistorie egalitair waren. Zodra er een sociaal meerproduct ontstond, zodat een samenleving kon overleven zonder dat alle leden er dag in dag uit de handen uit de mouwen moesten voor steken, ontstonden de eerste barsten in het oorspronkelijk egalitarisme.
Drie delen
Ongelijkheid als rode draad door de geschiedenis (en prehistorie) is ook de rode draad doorheen het boek. Zoals vermeld schetst Deel 1 de gelijkheidsidee doorheen de Europese geschiedenis, in feite vanaf 1500 en het begin van het Europees kolonialisme. Hierin worden ook de Amerikaanse en de Franse Revolutie behandeld, en hun falen bij de realisatie van een minimum aan sociale en economische gelijkheid. Dit eerste deel loopt verder met de Eerste, de Tweede Wereldoorlog en de naoorlogse periode, om op te houden eind jaren 70. De periodisering 1500-1980 is eigenlijk vrij merkwaardig. Met de staart nog in de feodaliteit, over het Europees Absolutisme, het handelskapitalisme, twee burgerlijke revoluties, de ontwikkeling van het industrieel kapitalisme, twee wereldoorlogen in de 20e eeuw, de ‘Golden Sixties, allemaal te beschouwen als de aarzelende ontwikkeling van het gelijkheidsidee, dat lijkt toch eerder een lukrake keuze.
In april 2023 verschenen bij epo, 584 blz., 34,90€. Het boek wordt op 30 mei voorgesteld in het Antwerpse Zuiderpershuis, met een heel interessant panel.
Het filosofisch idealisme waarvan zulke voorstelling doorspekt is, gaat helaas ook voorbij aan een van de sociologische pijlers die het voortbestaan van ongelijke samenlevingen mogelijk maken, namelijk de ideologische rol van religie, filosofie, en in een meer recent stadium pseudowetenschappelijke theorieën over rassen, seksen, economie, armoede enzovoort. Zeker, de rol van de Kerk, van filosofen en theologen in het legitimeren van slavenhandel, kolonialisme, racisme en seksisme komt vrij uitgebreid aan bod. Maar dit wordt voorgesteld als de spirituele drijvende kracht achter de inegalitaire maatschappij, niet als een voortbrengsel ervan.
En dan komen we aan het tweede deel van het boek, startend rond 1980 en een “revival van de ongelijkheid” inluidend. Gewoonlijk wordt deze periode omschreven als de triomf van het neoliberalisme, met Thatcher en Reagan als boegbeelden, en figuren als Milton Friedman, Friedrich von Hayek en de Mont Pelerin Society als wegbereiders. Dit deel is bijna helemaal aan de Verenigde Staten gewijd en behandelt het verhaal van de afbouw van Roosevelt’s New Deal. De titel van dit deel is eigenlijk te suggestief. ‘Amerika en de sloop van de gelijkheid’ miskent de enorme ongelijkheid die de VS kenmerkte, ook in de naoorlogse periode, en de unieke focus op de VS kan geïnterpreteerd worden als de verspreiding van een virus dat helaas ook de Europese kusten bereikte. De titel van het derde deel, “De gemiste focus van de Europese Unie” versterkt het idee van een Europese slachtofferrol, en niet die van een Europees kapitalisme dat maar al te graag de ‘welvaartstaat’ achter zich liet, en daartoe de Europese constructie in toenemende mate mee vorm gaf als een geschikt instrument.
Dit derde deel interesseerde ons, bij deze bespreking voor Ander Europa, natuurlijk het meest. We komen er verder op terug.
Een klepper, voor wie?
Het is een goede zaak dat een uitgeverij als epo bereid is dit lijvig, en toch wel tegendraads werk te publiceren. Toch vraag ik me af bij welk publiek deze klepper in goede aarde zal vallen. De leesbare taal [1] en de niet academische aanpak (geen voetnoten of literatuurverwijzingen – die vele tientallen bladzijden zouden beslaan) maken duidelijk dat auteur en uitgever een groot publiek voor ogen hebben. In die zin is het ook geen bezwaar dat er wat feitenmateriaal betreft niets echt nieuw in dit boek staat. Over het Europees kolonialisme, de Franse en Amerikaanse Revolutie en de Burgeroorlog, de Eerste en Tweede Wereldoorlog kan men zich in elke gewenste mate van detail documenteren. De cijfers over ongelijkheid komen van Piketty en collega’s, het verhaal van de Angelsaksische neoliberale draai is door heel wat linkse auteurs beschreven. Maar die werken zijn vaak in het Engels of het Frans, wat toch al een aanzienlijke drempel kan betekenen. Een Nederlandstalige weergave kan dus wel veel nieuws bevatten voor een hoop lezers.
Maar dan stelt zich de vraag hoeveel van die lezers zich een werk van 550 bladzijden zullen aanschaffen en doornemen. Sommigen zullen zich misschien ook wat bedrogen voelen dat een volume met ondertitel ‘Een verborgen Europese geschiedenis’ voor ongeveer een derde gaat over de Verenigde Staten. Ik hoop me hierin te vergissen, maar sociale kritiek op een degelijke manier populariseren houdt ook in dat men rekening houdt met de felle achteruitgang van de leescultuur.
Ook inhoudelijk zou een meer sociale, in plaats van politieke, geschiedenis van de strijd tegen de ongelijkheid beter kunnen aansluiten bij de leefwereld van bijvoorbeeld vakbondsmilitanten en linkse activisten. Dat mankement is, denk ik, niet vreemd aan Goossens voorstelling van de strijd voor gelijkheid als een ideeënkwestie. Een begrip als sociale krachtsverhouding komt in het boek eigenlijk niet aan bod, terwijl het een of zelfs dé sleutelkwestie is.
Over de Europese Unie
Zou het derde en langste deel, getiteld De gemiste focus van de Europese Unie, ons inwijden in de naoorlogse ‘verborgen Europese geschiedenis’, zoals de ondertitel van het boek suggereert?
Het ontbreekt die geschiedenis zeker niet aan verborgen of verzwegen kanten. Goossens vernoemt er een aantal, maar blijft daarbij nogal op de vlakte. Het is ook geen aanleiding om zich algemenere vragen te stellen over de aard van het politiek object EU. Ik geef enkele voorbeelden.
In academische cursussen en teksten van de Europese instellingen zelf lees je steevast en zonder verdere commentaar dat ‘het Europees recht bovenaan staat in de hiërarchie van het recht’, wat ook wel de ‘suprematie van het Europees recht’ genoemd wordt. Het Europees recht heeft dus voorrang op het nationale. Een normaal mens gaat er dan bijna automatisch van uit dat dit wel in het stichtingsverdrag van Rome of een van de volgende verdragen zo zal overeengekomen zijn. Maar dat is helemaal niet zo, op geen enkel ogenblik hebben lidstaten of hun parlementen met deze belangrijke bepaling ingestemd. Het is terecht dat Goossens wijst op deze anomalie (p. 384), die alleen het gevolg is van een uitspraak van het (onverkozen) Europees Hof van Justitie. Maar hij stelt zich niet de vraag hoe zoiets mogelijk is, laat staan dat hij er bedenkingen aan koppelt over de ‘Europese democratie.
Ander voorbeeld: de militarisering van de EU. Goossens geeft aan dat hij geen minnaar is van de NAVO, en hij stelt zich vragen bij de toenemende defensie-uitgaven, maar de grote verontwaardiging van Deel 1 is toch zeer veraf: “Het gemak waarmee de militaire uitgaven het fiat van de regeringen en parlementen kregen, verbaast.” (p. 513). Over de zeer recente ‘verborgen geschiedenis’ van de aanslag op de Nord Stream pijplijn blijft hij erg op de vlakte: “Op 26 september bliezen onbekenden die van aanpakken wisten de hele handel op.” (p. 519). Zou men zich dan niet afvragen hoe een Unie die zogezegd ontstaan is om de vrede in Europa te garanderen, en zelfs de Nobelprijs voor de vrede kreeg, nu zonder veel discussie een militaire wending neemt? En is het ook geen beschouwing waard als een EU die ‘strategische autonomie’ ambieert zich in stilzwijgen hult bij een aanslag op haar energie-infrastructuur waar naar alle waarschijnlijkheid een ‘bondgenoot’ nauw bij betrokken was?
Natuurlijk, men kan, zelfs van een turf van 550 bladzijden, niet verwachten dat alles in detail uitgewerkt wordt. Maar de discrepantie tussen de paar lijnen die aan fundamentele Europese kwesties gewijd worden, en de lange uiteenzettingen over Amerikaanse politiek zijn toch verrassend in een boek over de ‘verborgen Europese geschiedenis’. We mogen deze kritiek wel niet veralgemenen. Goossens’ kritische uiteenzetting over de euro en de munteenheid zal voor veel lezers verhelderend zijn. En hij is een van de weinige auteurs die wijzen op de verantwoordelijkheid van de politieke leiders. Over de financiële crisis van 2008 kan de Vlaamse sociaaldemocraat Frank Vandenbroucke in 2016 wel op de constructiefouten van de muntunie wijzen, maar die vaststelling komt wel wat laat, merkt Goossens terecht op (p. 414). Maar zulke kritische reflectie ontbreekt toch bij erg veel belangrijke items.
Nogal wat hiaten
Naast al te grote beknoptheid en geringe reflectie over sommige kernkwesties, zijn er ook een aantal belangrijke onderwerpen die volledig ontbreken. Ik vind het bijvoorbeeld bizar dat na de sterke verontwaardiging over mensonwaardige episodes in de Europese geschiedenis (Deel 1), er niet de minste melding gemaakt wordt van het huidig Europees vluchtelingenbeleid, de duizenden doden in de Middellandse Zee, het optreden van de Europese grensautoriteit FRONTEX, de miljardendeal met Erdogan…
Er wordt ook geen enkele melding gemaakt van het verzet tegen de zogenoemd ‘Europese grondwet’, die in Frankrijk per referendum verworpen werd na een intense campagne die vooral door andersglobalisten (ATTAC) gedragen werd in 2005. Ook het Nederlands referendum verwierp de grondwet. Ook hier kan dit soort sociaal verzet van onderuit op weinig interesse van Goossens rekenen. En het feit dat de verworpen ‘grondwet’ via juridische spitstechnologie bijna integraal terug te vinden is in het Verdrag van Lissabon was geen vermelding waard, evenmin als de ‘herkansing’ van Ierland dat in een eerste referendum het verdrag van Lissabon verwierp, om het in een tweede te aanvaarden. Nog een zeer verborgen hoofdstuk van de Europese ‘democratie’, de Raad voor regelgevingstoetsing, bestaande uit zes onverkozen maar wel op hun neoliberaal credo getoetste personen, die een praktisch vetorecht hebben op de Europese wetgeving, blijft buiten beschouwing.
De klimaatproblematiek, en de steeds verontrustender wederwaardigheden van de Europese Green Deal, zijn een andere afwezige. De reden daarvoor staat al op de eerste regel van de Inleiding: het ontbreekt de auteur aan de kennis en de deskundigheid om iets wezenlijks aan dat debat toe te voegen; en zijn boek heeft ‘een ander brandpunt: de groeiende extreme ongelijkheid’. Bescheidenheid siert de mens, maar is het ook geen blinde vlek van de auteur om de rol van ongelijkheid in het klimaatdossier niet aan de oppervlakte te brengen? Niet alleen de ongelijkheid tussen Europa en het globale Zuiden, maar zelfs de ongelijkheid in onze westerse welvaartsmaatschappijen, waar de gewone werkmens niet de middelen zal hebben om zich een elektrische wagen aan te schaffen, en aangewezen is op een openbaar vervoer waarvan de Europese Unie alleen maar een grondige afkeer heeft?
Conclusie
Wie dit boek doorneemt zal er waarschijnlijk heel wat in vinden dat zij of hij niet wist of zich niet meer herinnert: over kolonialisme en slavenhandel, over racistische uitlatingen van grote filosofen, over begin en eind van Roosevelt’s New Deal, over de ongelijke verdeling van rijkdom en inkomen, over een aantal aspecten van de Europese constructie, over de muntunie, en nog veel meer. Wie echter op zoek is naar meer inzicht in wat er in Europa, en de wereld in zijn geheel, aan het gebeuren is, wie enige duiding zoekt in de vele feiten die vermeld worden, zal waarschijnlijk op zijn honger blijven zitten. Of misschien ook niet; honger is de beste saus, zegt men. De ongelijkheidsmachine kan ook een aansporing zijn om met meer aandacht commentaren, analyses en kritieken van het wereldgebeuren te volgen.
Als ik de reden voor mijn matig enthousiasme in twee punten zou moeten samenvatten, betreft het enerzijds een zeker gebrek aan samenhang van het boek in zijn geheel. Deel 1 en Deel 2 lijken op het eerste gezicht bedoeld te zijn als historische aanloop naar het derde deel, Europa sinds de naoorlogse ‘eenmaking’, maar dit derde deel staat er vrij los van. Waar lijnen hadden doorgetrokken kunnen worden, zoals bijvoorbeeld van kolonialisme naar neokoloniale verhoudingen in handel en migratiepolitiek van de EU, vooral tegenover Afrikaanse landen, gebeurt dit niet. Er wordt evenmin ingegaan op parallellen (of eventueel het ontbreken ervan) tussen de militarisering van Europa in het begin van de vorige eeuw en die van vandaag.
Anderzijds lijkt het mij een lang achterhaalde benadering van de geschiedenis als de ontwikkeling van een idee. In dit geval het gelijkheidsidee, waarvan de eerste noties zouden ontstaan zijn in de Oudheid, op slechts weinig enthousiasme onthaald werd door de verlichte Europese denkers, een opkikker kreeg door de New Deal en de West-Europese welvaartstaten, om vanaf 1980 gecounterd te worden door het ongelijkheidsdenken van figuren als von Hayek en Friedman. Bij een dergelijke aanpak is het ook niet verwonderlijk dat sociale strijd, sociale krachtsverhoudingen, geen prominente plaats innemen.
Eigenlijk jammer bij een auteur waarvan alles erop wijst dat hij aan de goede kant staat in die strijd.
[1] Nederlandse lezers zullen misschien wel minder vertrouwd zijn met een woord als ‘incontournable’ uit het Belgisch politiek jargon (‘wetstraatees’), maar toch wel weten dat een ‘pompier’ een brandweerman is, en dat marchandise die niet deugt slechte waar is. Koterij zijn de achterkeukentjes en stapelhokjes die tegen heel wat Vlaamse huizen in lintbebouwingzones, al dan niet legaal, aangebouwd werden, een begrip dat ook tot het politiek jargon is gaan behoren en wijst op geïmproviseerde politieke constructies. Ik zou iets strenger zijn voor de eindredacteur die een aantal termen die zo van de internationale persagentschappen gerold lijken niet in gangbaar Nederlands heeft omgezet: embedded in machtsstructuren, dis-embedded geld- en kapitaalverkeer, de gilded age, winnen met een landslide…
Mijn muziekkoffers...
verdere te lezen onderwerpen...
Zo veel geld ben je kwijt aan slapen
met de airco of ventilator aan
Met deze warme temperaturen is het zeer verleidelijk om de airco en ventilator de hele avond aan te laten om die welbekende plaknachten tegen te gaan. Maar wat kost dat eigenlijk? We snakken naar verkoeling deze dagen. Gelukkig zijn er allerlei tips en tricks die ervoor zorgen dat het een beetje dragelijk wordt in huis - zoals het opengooien van de ramen op bepaalde tijdstippen en het drinken van véél water.
Dat je de airco en ventilator op standje honderd zet gedurende de dag, begrijpen we heel goed. Ook ‘s nachts blijft het hartstikke warm, wat slapen niet echt aangenaam maakt. Al helemaal niet als de airco of ventilator uitgaat.
However, sommigen laten die apparaten gewoon aan staan. Voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal was benieuwd hoeveel stroom deze apparaten verbruiken. Wij waren vooral benieuwd naar het kostenplaatje...
Airco is een stuk duurder
Heb je een airco? Dan ben je duurder uit dan mensen die een ventilator gebruiken. Dat klinkt vrij logisch, want een airco verbruikt tussen de 1,0 en 2,5 kilowatt per uur terwijl een ventilator gemiddeld 0.05 kilowatt per uur verbruikt.
Als we kijken naar de gemiddelde stroomprijs van de afgelopen maand, komen we uit op 0,53 cent per kilowatt per uur. Dat betekent dat je per uur tussen de 0,53 en 1,33 euro kwijt bent als je een airco hebt. Laat je het apparaat de hele avond en nacht aanstaan - ongeveer acht uur - dan kan dat je 10 euro kosten. Doe je dat elke avond? Dan ben je zo 70 euro kwijt per week.
Voordelige ventilator
All right, de ventilator-fans onder ons zijn een stuk goedkoper uit want het apparaat verbruikt veel minder stroom. Als je een ventilator hebt, kost het je zo’n 2 tot 3 eurocent per uur. Laat je het apparaat de hele avond en nacht aanstaan? Dan ben je 20 eurocent per nacht kwijt. En dat komt uit op 1,40 euro per week.
Kortom: het is een stuk voordeliger om de ventilator gebruiken ‘s nacht, maar is dat wel zo goed voor je gezondheid? Not really...Het apparaat verspreid koele lucht en dat kan zorgen voor geïrriteerde ogen en een droge huid. Om nog maar te zwijgen over de pollen en het stof dat door de kamer wordt geblazen.
Bron: metero // tekst : CHARISSE STOFFELSHet is heel logisch om te denken dat je om sterke buikspieren te ontwikkelen dagenlang in de sportschool moet doorbrengen en duizenden crunches of sit-ups moet doen. Maar wat als je daar helemaal de tijd niet voor hebt en op zoek bent naar het absolute minimum?
Net als dat personal trainers tegenwoordig aanraden crunches te skippen, is het ook mogelijk effectieve oefeningen voor je buikspieren te doen, terwijl het je nauwelijks tijd kost. Met een aantal eenvoudige oefeningen kan je snel vooruitgang boeken.
“Voor sterke buikspieren is het niet per se nodig duizenden crunches te doen”, zegt Cori Lefkowith van fitness coachingbureau Redefining Strength. Volgens Lfkowith kunnen mensen van alle niveaus duidelijk zichtbare buikspieren ontwikkelen door hun dieet aan te passen en met een minimaal aantal oefeningen, zo’n twee tot drie speciaal op de buikspieren gerichte oefeningen per week van zo’n 20 tot 30 minuten.
Hieronder bespreken we vijf door Lefkowith aanbevolen basisoefeningen voor je buikspieren voor iedereen die aan zijn core wil werken.
De 'banana hold' is "net als de 'plank' een geweldige isometrische oefening zonder dat je je schouders hoeft te gebruiken", zegt Lefkowith. Maar het is nog altijd een uitdagende oefening waarbij alle delen van je core traint.
"In eerste instantie moet je misschien je benen iets hoger heffen en ze net boven de grond laten zweven terwijl je je armen boven je hoofd uitsteekt en je schouderbladen omhoog doet", legt Lefkowith uit. "Let goed op de lichte plooi van je heupbeenderen ten opzichte van je ribben als je je buikspieren aantrekt."
Hoe doe je deze oefening?
Ga op je rug liggen met je benen plat op de grond.
Span je buikspieren aan en strek je armen boven je hoofd in de richting van de muur achter je.
Trek je schouderbaden samen, terwijl je beide benen van de grond tilt.
Probeer je benen zo dicht mogelijk bij de grond te houden, zo'n 15 centimeter.
Hou deze positie 30 tot 60 seconden vast.
Herhaal dat drie of vier keer.
Lefkowith zegt dol te zijn op een combinatie van oefeningen waarbij de wervelkolom wordt gebogen met anteflexiebewegingen zoals planks om meer functionele kracht te ontwikkelen. Deze combinatie is ook een eenvoudige en effectieve work-out.
"De 'basic crunch' wordt vaak gedemoniseerd, maar het is een geweldige beweging voor de buikspieren en richt zich op core-stabiliteit", zegt ze. "Door je hielen tegen een bank of tafel aan te drukken kun je je onderste buikspieren beter trainen."
Hoe doe je deze oefening?
Ga op je rug liggen met je handen achter je hoofd en leg je voeten op een wat hogere plek zoals een bank of een koffietafeltje.
Span je buikspieren aan en druk je hielen naar beneden op, terwijl je je schouders optilt vanaf de grond met een crunch-beweging.
Keer langzaam terug naar de startpositie en herhaal de oefening 10 tot 15 keer.
Doe in totaal drie tot vier sets.
Je kan een extra element toevoegen aan de klassieke crunch om je hele core te trainen. Lefkowith geeft aan dat deze oefening zich richt op de onderste buikspieren.
"Om het maximale uit deze oefening te halen moet je je richten op het wervel voor wervel oprollen bij het optrekken van je knieën naar je ellebogen", legt Lefkowith uit. "Buig of strek je niet alleen bij je heupen, maar je moet echt je ruggengraat buigen om je buikspieren te trainen."
Hoe doe je deze oefening?
Ga op je rug liggen met je handen onder je billen, je knieën gebogen en je voeten plat op de grond.
Span je buikspieren aan terwijl je je voeten op de grond drukt en je heupen omhoog doet.
Doe je heupen wervel voor wervel omhoog en hou de hoogste positie vervolgens een paar seconden vast.
Rol langzaam weer naar beneden en herhaal de beweging 8 tot 10 keer.
Doe in totaal drie of vier sets.
Wees eerlijk: planks worden op een gegeven moment heel erg saai. Als je iemand bent die niet lange tijd dezelfde positie vast kan houden, raadt Lefkowith aan de 'body saw' te proberen.
"De body saw is een variatie van de basis 'plank' die nog een tikje uitdagender is", legt ze uit. "Je begint in de standaard positie van de plank op je voorarmen, loopt dan met je voeten naar achteren en verlengt je lichaam via je schouders. Je voelt je buikspieren dan echt."
Hoe doe je deze oefening?
Begin de plank-positie op je voorarmen met je ellebogen direct onder je schouders, je voeten uit elkaar en je ruggengraat uitgerekt en neutraal.
Loop met je voeten naar achteren, terwijl je de plankpositie vasthoudt.
Stop wanneer je voelt dat je buikspieren worden aangetrokken en loop dan terug naar de beginpositie.
Herhaal de beweging 8 tot 10 keer.
Doe in totaal drie of vier sets.
In elk effectief rondje buikspieroefeningen moet een paar gerichte 'schuine' oefeningen bevatten en dat is precies wat deze 'side plank hip dips' zijn. Volgens Lefkowith activeren deze oefeningen beide kanten van je core, zonder dat je ruggengraat ongewenste bewegingen hoeft te maken.
"Dergelijke side planks zijn unilaterale core-bewegingen die onafhankelijk van elkaar helpen om disbalans te corrigeren", zegt ze. "Dit soort bewegingen zijn uiterst geschikt voor iedereen die zijn of haar 'love handles' wil aanpakken."
Hoe doe je deze oefening?
Begin in een 'side plank'-positie met je voeten los van elkaar en je bovenste voet vooraan.
Hou je elleboog recht onder je schouder, doe je heupen omhoog en span je buikspieren aan.
Laat je heupen twee keer richting de grond zakken en keer dan terug naar de 'side plank'-positie.
Draai je bovenlichaam zodat je naar de grond kijkt en doe je arm onder de oksel die het dichtst bij de grond is.
Keer terug naar de 'side plank'-positie en herhaal de oefening 8 tot 10 keer aan de ene kant om daarna van kant te wisselen.
Doe in totaal drie of vier sets per kant.
12 juni 2023 Oerol Terschelling
YouTube heeft steeds meer reclame, maar met een Premium-abonnement ben je daar vanaf. Mag je goedkoop YouTube Premium via VPN afsluiten?
YouTube Premium via VPN: mag dat?
Kijk je veel naar YouTube, dan zie je ook een hele hoop reclame. Dat wordt steeds erger. YouTube heeft bijvoorbeeld recentelijk een dertig seconden lange reclame voor televisies geïntroduceerd die je niet kunt skippen.
Google hoopt natuurlijk dat meer mensen een abonnement op YouTube Premium nemen. Met dit abonnement worden onder andere alle reclames verwijderd.
Wat kost een abonnement op YouTube Premium?
YouTube Premium bestaat in verschillende vormen. Met YouTube Premium Lite worden alle reclames verwijderd. Met normaal Premium krijg je onder andere ook de mogelijkheid om video’s offline en op de achtergrond te kijken, en gebruik te maken van YouTube Music.
YouTube Premium Lite heb je voor 6,99 euro per maand. Wil je de volledige versie van YouTube Premium, dan kost je dat 11,99 euro per maand.
Waarom is een abonnement goedkoper via een VPN?
Veel mensen gebruiken een truc om een goedkoper abonnement te krijgen op YouTube Premium. Die gebruiken daar een VPN voor. Met een VPN kun je net doen alsof je ergens anders in de wereld online gaat.
In sommige landen is YouTube Premium veel goedkoper dan hier. In Argentinië kost YouTube Premium Lite bijvoorbeeld iets meer dan 2 euro per maand. Zet je jouw VPN op Argentinië, dan denkt Google dat je daar leeft en krijg je de aanbieding van dat land voorgeschoteld.
Je hoeft vervolgens niet altijd de VPN aan te hebben staan om van YouTube Premium gebruik te maken. Dat is enkel nodig voor het afsluiten van het abonnement. Vervolgens kun je de VPN gewoon uitschakelen en van YouTube Premium gebruik blijven maken.
Is dit illegaal?
Het gebruik maken van een VPN om een abonnement op YouTube Premium in het buitenland af te sluiten is niet illegaal.
Mag dit van Google?
Hoewel het niet illegaal is om een goedkoper abonnement op YouTube Premium af te sluiten via een VPN in het buitenland, gaat dit wel tegen de servicevoorwaarden in waar je akkoord mee bent gegaan.
Zodra jij een Google-account aanmaakt, ga je akkoord met de voorwaarden voor dat account. In deze voorwaarden staat:
“U gaat ermee akkoord dat u geen valse, onjuiste of misleidende informatie zult verstrekken in een poging een verkeerde voorstelling te geven van het land waar u woont en dat u niet zult proberen beperkingen voor toegang tot of beschikbaarheid van de Betaalde services of content binnen de Betaalde services te omzeilen.”
Als jij dus wel een VPN gebruikt om YouTube Premium goedkoop af te sluiten, ga je tegen deze voorwaarden in.
Wat kunnen de gevolgen zijn?
Merkt Google dat je deze truc hebt uitgevoerd, dan kan het bedrijf je account opschorten. Gebruik jij dit account ook voor je e-mail, documenten, opslag en meer, dan kun je dat in theorie allemaal kwijtraken. Een VPN gebruiken om hoge kosten te ontwijken is dus niet zonder risico.
bron: https://www.androidplanet.nl/nieuws/youtube-premium-via-vpn/
bron: Volkskrant
Wanbetalers bezorgen overheid handenvol werk
Stapels onbetaalde rekeningen, privé-ambassades, huisuitzettingen en meters papierwerk: overheidsinstanties hebben steeds meer te stellen met zelfverklaarde ‘soevereinen’. Een groeiende groep mensen denkt zich te kunnen onttrekken aan het Nederlandse staatsburgerschap en zich zo buiten de maatschappij te plaatsen. Maar wat dan? ,,Meneer De Vries? Die bestaat niet meer.”
Gerechtsdeurwaarder Erik Hamer heeft al veel dingen meegemaakt in zijn carrière, maar toen hij aanbelde en vroeg of de persoon die opendeed meneer De Vries was, kreeg zelfs de ervaren deurwaarder een antwoord waar hij even over moest nadenken. ,,Nee, meneer De Vries bestaat niet meer. Ik ben Johannes, mens van vlees en bloed, een soeverein mens.” Hamer: ,,Het is wel duidelijk dat je het daar aan die deur niet met elkaar eens gaat worden. Dus ik blijf respectvol en vraag of meneer wat dingen op papier kan zetten voor ons.”
Hamer staat de laatste maanden steeds vaker met een dwangbevel voor deuren waarachter iemand woont die stelt een soeverein mens te zijn, zegt hij. De deurwaarders zijn niet de enige die dat merken. Inlichtingendienst AIVD publiceerde vorige maand een rapport over anti-institutioneel extremisme en schreef daarin dat ‘gemeenten in Nederland, de Belastingdienst en de politie steeds vaker worden geconfronteerd met personen die zichzelf ‘soeverein’ verklaren.’ En, daar gaat het meestal mis, daarom sommige rekeningen niet langer betalen.
8600 brieven
De politie bevestigt die toename te zien. Hoe groot de beweging precies is, is lastig te zeggen, stelt een woordvoerder. ,,De politie kijkt naar strafbare feiten en die zijn er nog niet heel veel geweest.” Maar de Belastingdienst kreeg de afgelopen jaren zo’n 8600 brieven binnen van soevereinen die niet wilden betalen, maar juist geld eisten. De afgelopen maanden waren dat 700 brieven. Er circuleren ook voorbeeldbrieven waarin een burger een energiemaatschappij verbiedt nog belasting over energie in rekening te brengen.
Soevereinen vinden dat zij zich kunnen onttrekken aan het Nederlandse staatsburgerschap en daarna niet meer aan allerlei verplichtingen hoeven te voldoen. Onderdeel van de theorie is ook dat ieder mens twee verschillende personen is. Er is de ‘soevereine mens van vlees en bloed’, en er is de bedrijfstrust die door de overheid op naam van die persoon is opgericht en waarmee de ‘mens van vlees en bloed’ als het ware als slaaf wordt gebruikt.
De overheid zou die trust voor iedere nieuwgeboren baby oprichten, met gebruik van de geboorteakte. Het toekomstige verdienvermogen (belastingen, boetes) van die persoon wordt daarna door de overheid aan buitenlandse investeerders verkocht. Waarde van de trust: 1,5 miljoen euro. Geld dat mensen soms opeisen bij de Belastingdienst. Inlichtingendienst AIVD stelt het zo: ,,Het is een ingewikkeld narratief dat wetten beschouwt als contracten die alleen van toepassing zijn als je daar zelf mee instemt. Als je er niet mee instemt, is de wet ook niet op jou van toepassing.”
Eigen paspoort
Sommigen soevereinen schrijven zich uit bij het bevolkingsregister of hebben een eigen ‘diplomatiek’ paspoort of hangen een bord aan hun deur waarmee ze hun woning tot een speciale ambassade verklaren, een document uitgereikt door de Hoge Raad van de Levende Mensenkinderen. Die Raad is geen officieel erkende instantie, maar een ‘orgaan van elkaar overlappende cirkels van co-creators in gelijkwaardigheid en autonomie’. Het voordeel van zo’n ambassade? Volgens de uitreikers van het document mag je huis dan niet worden betreden door ‘commerciële partijen’ en mag er geen beslag op worden gelegd. Ook zijn er standaard-documenten waarmee je je burgerschap zou kunnen opzeggen.
De soevereine-beweging bestaat al decennia en is over komen waaien uit de Verenigde Staten. Daar ontstonden in de jaren 70 de eerste groepen die zich, met veel juridische termen, verzetten tegen de federale overheid, hun burgerschap opzegden en alleen zeer beperkt lokaal gezag wilden accepteren. Er zijn nu verschillende (gewapende) milities die het gedachtengoed aanhangen.
Vaak ging het in Nederland om de op zichzelf levende man net buiten het dorp, die een eigen vlag in het weiland had gezet. In 2015 claimde een groep soevereinen met enkele caravans een stuk land aan de Duitse grens bij Coevorden en noemden het Vrijstaat Wonderland. Het gebied werd al snel door de gemeente ontruimd.
Maar nu is er nieuwe aanwas, vanuit de afgelopen jaren flink gegroeide groep anti-overheidsactivisten. Mensen die op zoek zijn naar een nieuw verhaal, een nieuwe vorm van binding. ,,De soevereinen maken deel uit van een breder verschijnsel waarin burgers zich afscheiden van de Nederlandse maatschappij of zelfs parallelle samenlevingen nastreven”, schrijft de AIVD.
,,Het is een bijzondere ontwikkeling”, zegt Chris Bakhuis van de KBVG, de beroepsorganisatie van gerechtsdeurwaarders. ,,Het is een al lang bekend fenomeen, maar het kent nu een opleving.” Bakhuis ziet intimidatie van deurwaarders, bezoeken worden vaak gefilmd en er worden brieven afgeleverd op privéadressen van deurwaarders. ,,Soms stuurt een soeverein juist de deurwaarder een rekening met een dwangsom van een miljoen euro.”
De dwangsom heeft dan te maken met het geld dat volgens de soevereinen nog in hun ‘geboortetrust’ zit of met volgens hen onrechtmatige handelingen van de deurwaarder. ,,We kunnen dat uiteraard pareren, maar het is lastig communiceren met deze mensen door de status die ze zichzelf aanmeten.” De beroepsorganisatie stuurde onlangs een mail naar al zijn leden: wees alert op dit fenomeen en doe vooral aangifte bij bedreiging.
Ook de politie ziet een toenemende activiteit, stelt een woordvoerster van de korpsleiding. Zo worden agenten als ze iemand aanhouden omdat zijn achterlicht het niet doet en om een id vragen, soms opeens geconfronteerd met een diplomatiek paspoort waarvan de afkomst onduidelijk is. Ook ziet de politie (gemeente)ambtenaren het slachtoffer worden van doxxing: het openbaar maken van hun privé-gegevens.
Soevereinen zijn op zoek naar die huisadressen omdat ze alleen willen communiceren met mensen en niet met organisaties. Ook stelt de woordvoerder: ,,We zien dat er soms ook een commercieel belang achter zit.” Zo hebben sommige autonomen en soevereinen websites waarop ze, tegen betaling, hun diensten aanbieden bij al het papierwerk.
In de wondere wereld van de soevereine mens gaat het soms gierend fout. In Telegram-groepen over het gedachtengoed ging de afgelopen dagen het voorbeeld van Natasja (*) rond. De vrouw betaalde al enige tijd geen huur en werd daarop geconfronteerd met deurwaarder en politie, die klaarstonden voor een huisuitzetting.
Uiteindelijk gaat de gemeente toch op zoek naar een laatste oplossing zodat de vrouw en haar twee kinderen niet op straat komen, vertelt een kennis van haar. ,,Natasja is via Telegram in aanraking gekomen met het gedachtengoed over het soevereine leven en daarin gaan geloven. Er werd haar aangeraden om brieven ongeopend retour te sturen, zodat je geen contact hebt met organisaties. Dus dat heeft ze gedaan.” Totdat de organisaties bij haar voor de deur stonden.
Afgevoerd per ambulance
In dezelfde Telegram-groepen gaat ook een video rond waarop Bram (*) te zien is. Hij filmt zelf hoe hij op een brancard wordt afgevoerd in een ambulance. ,,Ze schenden mijn rechten”, zegt hij. ,,Ze hebben een machtiging van nep-rechters.” Een medestander meldt in een andere video dat Bram ‘op rechtmatige grond zijn huur niet betaalt’. Bram zou nu in een psychiatrische kliniek zijn opgenomen.
Om Bram en Natasja cirkelen enkele bekende anti-overheidsactivisten, die twee jaar geleden vooral nog tegen de coronamaatregelen te hoop liepen. Een van hen stelt een juridisch advieskantoor geopend te hebben ‘om als één front tegen de Staat der Nederlanden op te treden’.
Er zijn ook andere voorbeelden. Een vrouw uit de oosten van het land vertelt via Telegram aan deze krant ‘al 10 jaar autonoom te leven’. Autonoom is een soort soeverein-light. ,,We leven gedeeltelijk in het systeem, betalen netjes voor wat we gebruiken.” Zoals huur of energie. ,,We bedanken echter wel voor een ‘gift’ aan de belastingdienst. Daarover zijn we met ze in gesprek”, vertelt de vrouw, die niet met naam genoemd wil worden.
Waarom ze zo leeft? ,,Wij zijn geen idioten of asocialen die zich overal van willen ontdoen of niets meer willen betalen. Wij willen vrij zijn in onze keuzemogelijkheden en vechten voor een eerlijke maatschappij waarin iedereen gelijke kansen heeft.” Via een website biedt de vrouw ook anderen aan te helpen autonoom te worden, een ‘all-in service voor volwassenen’ kost 259 euro. Je krijgt er hulp voor bij het invullen van documenten en een ambassadebordje voor aan de gevel.
Meerdere organisaties zien dat een nieuwe groep zich het soevereine gedachtengoed eigen maakt. ,,Het kan zijn dat mensen die al te maken hebben met schulden, dit nu zien als een mogelijkheid. Maar het is een vlucht, geen oplossing”, stelt Bakhuis van de gerechtsdeurwaarders.
De soevereine ideologie kan het antwoord lijken op veel problemen. Een analist, die spreekt op achtergrondbasis, ziet verschillende groepen samenkomen die allemaal de overheid als vijand zien en herkent patronen vanuit de corona-complotgroepen. Ook toen waren er online aanjagers, maar waren het de meest kwetsbare mensen die tot actie overgingen en als eersten met politie en justitie in aanraking kwamen, bijvoorbeeld na het bedreigen van mensen. De analist ziet een ongeluk in slow-motion.
In de gemeente Súdwest-Fryslân speelt het onderwerp bij meerdere inwoners. De gemeente ‘maakt zich zorgen’. ,,We ontvangen post, vaak pseudo-juridische documenten. Maar er ontstaan ook conflicten rondom participatie, handhaving of heffingen. Inwoners die zich soeverein verklaren, zijn voor gemeentes een risico, want er lijkt sprake van een self fulfilling prophecy: omdat mensen niet mee willen doen of betalen, raken ze nog meer kwijt. Het vertrouwen neemt dan nog meer af.”
Rechtbank wijst zaken af
Bij de rechtbank houdt de soevereine gedachte geen stand. Soevereinen die hun verkeersboetes niet betaalden ‘omdat de boete niet was gericht aan de echte mens’ en dat uitvochten in de rechtbank, kregen de afgelopen jaren geen gelijk. Ook een strijd om het opeisen van het vermeende geboortetrust bij de Belastingdienst kende tegenslagen bij de rechter. Een beroep om geen motorrijtuigenbelasting te hoeven betalen voor een Audi A3 werd ook afgewezen.
De AIVD waarschuwt voor een gevaarlijkere trend dan het niet betalen van een boete. ,,Hoewel de beweging in Nederland een geschiedenis kent zonder gewelddadige uitwassen en vooralsnog geweldloos is, zou het gedachtegoed mogelijk tot gewelddadige escalaties kunnen leiden. Het is de vraag wat er gebeurt wanneer mensen worden geconfronteerd met boetes of uit huis worden gezet. De AIVD acht het mogelijk dat dit soort confrontaties voor sommige personen een legitimering voor het gebruik van geweld kan vormen.”
De dienst verwijst daarbij onder meer naar de Duitse Reichsbürger, waarvan enkele aanhangers vorig jaar werden gearresteerd op verdenking van het plannen van een staatsgreep. In september kwam in België een zich soeverein noemende burger om bij een schietpartij met de politie. Toen de politie zijn huis wilde doorzoeken op wapens, schoot de man op de politie, die daarop terugschoot. In Nederland werd eerder dit jaar de zichzelf soeverein noemende Johan R. veroordeeld tot vier weken cel omdat hij bij een boerenprotest met een shovel door een afzetting reed en twee politieagenten bedreigde.
Deurwaarder Erik Hamer hoopt vooral dat de soevereine ideologie vooral een trend is die overwaait, voordat het echt gevaarlijk kan worden. ,,Maar toen ik vorige week bij een soeverein voor de deur stond, deed de dochter open, een jonge tiener, en die zei: ‘oh, die papieren zijn toch ongeldig’. Dus zo worden de kinderen ook opgevoed.”
*De namen van Natasja en Bram zijn uit privacyredenen niet de werkelijke namen van de betrokken personen.
bron: https://www.ad.nl/